Rijmt proza?

Finalist: A.V. 
Mentor: prof. dr. Marc van Oostendorp

Poëzie en proza zijn verschillend in vorm: terwijl gedichten bijvoorbeeld rijmen en uit versregels bestaan met een regelmatig ritme (‘metrum’), wordt schrijvers van proza al sinds de oudheid geadviseerd om rijm en metrum juist te mijden. Voor het Nederlands is er nog niet veel onderzoek naar gedaan, maar we weten dat in buitenlandse talen schrijvers dat ook echt actief doen en dat woorden als wens en mens of roos en boos in sommig (literair) proza minder dicht bij elkaar staan dan je op grond van pure kansberekening zou verwachten. Kennelijk vinden mensen het van belang om proza en poëzie op een bepaalde manier sterk van elkaar te laten verschillen. De vraag die deze finalist zal beantwoorden, is of dit in Nederlandse gedichten ook zo is, en zo ja, of we daar verschillen zien tussen bepaalde perioden in de literatuurgeschiedenis: of rijm bijvoorbeeld minder taboe wordt in proza in perioden waarin dichters minder rijmen. De finalist schrijft een computerprogramma dat een automatische analyse uitvoert van een groot Nederlandse aantal prozateksten uit een groot aantal eeuwen, die je kunt vinden in de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse letteren (www.dbnl.org).