Context: Gini Trades heeft met haar geliefde Benny de ex-diplomaat Scant om het leven gebracht met een dolk. Ze moet zich hiervoor verantwoorden voor de rechtbank.
Over haar antwoorden op de vragen van de advocaat scheen niet te hoeven worden nagedacht. Zij antwoordde met zachte maar besliste stem wat zij al op soortgelijke vragen van de rechter-commissaris geantwoord had. ‘Vertelt u eens, mevrouw Trades, wat was precies uw aandeel in het complex van handelingen leidend tot de dood van ex-diplomaat Scant? Wat heeft zich daar precies afgespeeld?‘ ‘Wij… dat wil zeggen mijn medebeklaagde en ik… hebben de blinde Scant eerst diep het pand in geleid, en hem daarna een aantal trappen op geholpen. “Wat ruikt het hier vreemd,” zei hij steeds, tot hij iets in de gaten kreeg. “Dit is mijn huis niet. Hier woon ik niet.” Mijn medebeklaagde Benny gaf me een sein: “Zeg hem maar… wat we afgesproken hebben…” Dus ik zei tegen die blinde: “U ziet immers beter met uw oren en uw neus. Waar wacht u nog op? Zie er maar uit te komen.” Daarbinnen was het een doolhof. We hebben die man alle gangen doorgejaagd. Trap op, trap af, en toen is hij met volle vaart in Benny’s dolk gelopen.’
Uit Het leven uit een dag (1988) van A. F. Th. van der Heijden (°1951)